Uros-eilanden & Taquile: onze ervaring op het Titicacameer
- Oscar & Marjolein

- 24 nov
- 4 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 3 dec
Het Titicacameer stond al een tijdje op onze lijst. Niet alleen omdat het het hoogst bevaarbare meer ter wereld is, maar vooral vanwege de verhalen: drijvende eilanden van riet, eeuwenoude tradities en een manier van leven die volledig samenhangt met het water. Vanuit Puno maakten we er twee dagen lang kennis mee: van een toevallige ontmoeting met een schipper in de haven tot slapen op een rieteiland midden op het meer. Het werd een ervaring die we niet snel vergeten.

Plan je bezoek aan de eilanden op het Titicacameer
Onze eerste dag in Puno was vooral een dag om even bij te komen van alle reis- en wandeldagen ervoor. We slenterden richting de haven van het Titicacameer. Daar kwamen we in gesprek met Hector, een vriendelijke man die al 35 jaar als schipper op het meer werkt. Hij is een van de schippers die op de kade tours verkoopt voor de eilanden op het Titicacameer. Hij vertelde dat hij ons de volgende dag graag met zijn kleine motorboot mee wilde nemen naar de Uros-eilanden, naar plekken waar de grote veerboten niet kunnen komen. Ook noemde hij terloops dat zijn neef een lodge heeft op een van de rieteilanden. Nieuwsgierig naar de ervaring boekten we een overnachting bij Titicaca Beluxia. Soms komen de mooiste avonturen gewoon op je pad.
Dag 1: Bezoek aan de Uros-eilanden
Ons bezoek aan het Titicacameer begon vroeg in de ochtend. Hector haalde ons op bij ons hotel en samen gingen we naar de haven, waar zijn kleine motorboot lag aangemeerd. Daar ontmoetten we ook zijn vader, die vandaag de boot zou besturen terwijl Hector ons alles vertelde over de omgeving. Het voordeel van zoān klein bootje merkten we meteen: waar grote veerboten in het ondiepe water voor de kust moesten omvaren, konden wij wĆ©l komen. Een rustig begin van een bijzondere dag.
Eerste stop: āDevils Islandā (of toch Isla Foroba?)
Onze eerste stop was op een rotsachtig eiland dat lokaal bekendstaat als āDevils Islandā. De naam komt voort uit volksverhalen waarin voorbijgangers vroeger op mysterieuze wijze stierven. Om het eiland symbolisch te reinigen brengt een sjamaan sinds enkele jaren offers. En bij een gereinigd eiland hoort een nieuwe, positieve naam: Isla Foroba. Wat die naam precies betekent weet niemand. Waarschijnlijk komt het uit het Aymara, de oorspronkelijke taal in dit gebied.
Hector vertelde dat hij hier vroeger werkte in een museum over vogels en planten. Dat museum is verlaten, maar de resten ervan staan nog steeds op het eiland. Het voelt daardoor een beetje spookachtig. Alsof de tijd hier heeft stilgestaan.
De Uros-eilanden: een cultuur die letterlijk drijft
Vanaf Isla Foroba voeren we verder het Titicacameer op. Voor de Andesvolkeren is dit meer veel meer dan alleen water; volgens de legende rezen hier Manco CƔpac en Mama Ocllo, de kinderen van de zonnegod, uit het water om het Incarijk te stichten.
Op het meer liggen de Uros-eilanden: een plek die je nergens anders ter wereld vindt. De Uros leefden ooit op het vasteland, maar vluchtten het water op om conflicten met andere volkeren te vermijden. Daar bedachten ze iets geniaals: kunstmatige, drijvende eilanden van totora-riet. Door lagen riet kruislings te vlechten ontstaat een platform dat sterk genoeg is voor huizen, uitkijktorens Ʃn boten (want ook die zijn van riet).
De eilanden zijn levend: de onderkant rot langzaam weg, terwijl bovenop steeds nieuwe rietlagen worden gelegd. Het eiland sterft en groeit tegelijkertijd. De bewoners zijn volledig verweven met deze cyclus. Ze vissen, oogsten riet, jagen op watervogels en delen hun cultuur met bezoekers.
Overnachten op het water bij Titicaca Beluxia
Na een bezoek aan ƩƩn van de bewonersgemeenschappen stopten we op een ander rieteiland voor lunch: verse forel uit het meer. Vervolgens werden we afgezet bij Titicaca Beluxia, onze lodge op ƩƩn van de rieteilanden. Hier woont Luis met zijn moeder Ana. Zij slapen zelf in een bescheiden hut, en ontvangen gasten in een luxe lodge naast hun huis.
Buiten staat een soort ājacuzziā (eigenlijk een bad dat je kunt vullen met warm water), en we brachten de middag door in complete rust. Ana bracht ons ās avonds het diner en daarna doken we onder de zeven (!) dikke dekens. Waarschijnlijk een reactie op alle reviews van toeristen die klaagden dat de nachten koud waren. Koud hadden we het in ieder geval niet.
Dag 2: naar Taquile: fascinerende tradities, maar (voor ons) te toeristisch
In 1,5 uur tijd vaar je vanaf de Uros-eilandje naar Taquile: een eiland met terrasvormige landbouwvelden die al stammen uit de tijd vóór de Incaās. Hier worden nog steeds aardappelen, quinoa en Andeskruiden verbouwd.
Maar waar Taquile Ʃcht bekend om staat is de textieltraditie. Kleding vertelt hier wie je bent: regio, burgerlijke staat, sociale positie. Alles staat symbool. Mannen breien en vrouwen weven, en dat is geen hobby maar een belangrijk onderdeel van volwassen worden en deel uitmaken van de gemeenschap. Na een huwelijk dragen de bewoners geen ring. In plaats daarvan weeft de vrouw met haar eigen haar een riem voor haar man. Een traditie die de band tussen twee mensen letterlijk zichtbaar maakt.
Toch moeten we eerlijk zijn: ons bezoek aan Taquile voelde erg toeristisch. De manier waarop groepen worden rondgeleid en activiteiten worden gepresenteerd deed ons minder denken aan een authentieke ontmoeting en meer aan een vast programma voor bezoekers. Ook qua natuur raakte het ons minder, misschien omdat we de afgelopen weken al zoveel overweldigende landschappen hebben gezien dat onze lat inmiddels hoog ligt.
Tot slot: onze conclusie
Als je naar Puno reist, dan zouden wij ƩƩn ding absoluut aanraden: overnacht op ƩƩn van de Uros-eilanden bij een lokale familie. Daar voel je een unieke cultuur, verbonden met het water, met tradities die nog steeds worden geleefd. En dat alles op een manier die oprecht en persoonlijk aanvoelt.
Taquile was voor ons minder bijzonder, maar de Uros-eilanden blijven ons bij als ƩƩn van de meest unieke plekken van Peru.






























Opmerkingen